Synology Drive Client

Synology Drive Client is het bureaubladhulpprogramma dat bestandssynchronisatie en back-upservices voor pc's op meerdere clientcomputers levert aan een gecentraliseerde server, Synology Drive Server.

Download en installeer het hulpprogramma Synology Drive Client vanaf de volgende locaties:

  • Ga naar Synology Downloadcentrum, selecteer uw product, ga naar het tabblad Bureaubladhulpprogramma’s > Synology Drive Client > Downloaden.
  • Ga naar het webportaal van Synology Drive, klik op het pictogram profiel in de linkerbenedenhoek, selecteer Desktop- en mobiele apps downloaden > Voor desktop.

Inhoud

Voor u begint

  • De compatibiliteit, systeemvereisten en functiespecificaties van Synology Drive Client vindt u in Technische specificaties.
  • Kies alvorens het hulpprogramma in te stellen een Synology NAS als hostserver en installeer daarop Synology Drive Server. Meld u vervolgens aan bij DSM met een account uit de groep administrators en ga naar Package Center om het pakket Synology Drive Server te installeren.
  • Om synchronisatie- en back-uptaken te maken, schakelt u eerst gedeelde mappen in als teammappen in DSM > Synology Drive Admin Console > Teammap.

Synology Drive Client starten

De installatiewizard van Synology Drive Client starten:

  1. Voer Synology Drive Client uit op uw computer:
    • Ga op een Windows-computer naar Start > Alle programma's.
    • Ga op een macOS-computer naar Finder Apps.
    • Ga op een Linux-computer naar Dash > Apps.
  2. Klik op Nu aan starten en selecteer Synchronisatietaak of Back-uptaak om aan de slag te gaan.

Synchronisatietaken configureren

Maak synchronisatietaken om bestanden te synchroniseren tussen Synology Drive en uw lokale computer om de productiviteit en de toegankelijkheid van bestanden te verbeteren.

Een synchronisatietaak te maken:

  1. Voer IP-adres of QuickConnect ID, gebruikersnaam en wachtwoord in van uw Synology NAS. Gebruik voor domeingebruikers uw domeinnaam of gebruikersnaam. Gebruik voor LDAP-gebruikers "gebruikersnaam@Base_DN". Het is ook mogelijk verbinding te maken via IPv6 of proxyservice. Klik op Volgende.
    • Als u geen verbinding kunt maken met uw Synology NAS, zorg er dan voor dat u Synology Drive Server hebt geïnstalleerd en controleer de internetverbinding, of ga naar Algemene instellingen om de proxy te configureren.
    • U kunt ook rechts op de pijl omlaag klikken om naar Synology NAS-apparaten binnen uw LAN te zoeken.
  2. Selecteer Synchronisatietaak en klik op Volgende.
  3. Controleer het pad van de lokale en externe mappen die u wilt synchroniseren. Klik op Wijzigen om verschillende mappen voor synchronisatie te selecteren.
  4. Selecteer Synchronisatie op verzoek om het capaciteitsgebruik op de computer en server te verlagen. De functie Synchronisatie op verzoek is momenteel beschikbaar voor Windows 10 versie 1809, macOS 12.3 en hogere versies.
    • Voor macOS kunt u uw synchronisatietaak een naam geven, die in het zijpaneel van Finder zal verschijnen. Dit helpt u de synchronisatietaak te identificeren wanneer u meer dan één synchronisatietaak hebt gemaakt.
  5. Klik op Geavanceerd om de volgende synchronisatie-instellingen verder aan te passen:
    • Geef mappen en bestanden op die u niet wilt synchroniseren in Map en Bestandsfilter:
      • Max. bestandsgrootte: Alle bestanden groter dan de hier opgegeven waarde zullen niet gesynchroniseerd worden.
      • Bestandsnaam: Bestanden met de aangegeven bestandsnaam worden niet gesynchroniseerd.
      • Bestandsextensie: De aangegeven bestandsextensie wordt niet gesynchroniseerd. Voeg *.extensie toe aan de tabel, bijv. *.iso.
    • Configureer in Synchronisatiemodus de geavanceerde synchronisatie-opties.
      • De synchronisatierichting kan synchronisatie in twee richtingen, downloaden in één richting van de server of uploaden in één richting zijn. U kunt deze configuratie later wijzigen in Synchronisatieregels > Synchronisatiemodus door op de taak te klikken.
      • Schakel voor de taken Uploaden in één richting de optie Bewaar lokaal verwijderde bestanden op de server uit als u de items op de server ook wilt verwijderen wanneer ze op de computer worden verwijderd.
      • Selecteer Synchronisatie op verzoek om het capaciteitsgebruik op de computer en server te verlagen.
      • Maak de selectie van Geavanceerde consistentiecontrole inschakelen ongedaan als u de tijd en systeembronnen die nodig zijn voor het vergelijken van bestanden wilt verminderen. Houd er rekening mee dat wanneer deze optie is uitgezet, de nauwkeurigheid van bestandsvergelijking wordt verminderd.
  6. Klik op Gereed.

Opmerking:

  • Om uw QuickConnect ID te achterhalen, meldt u zich bij DSM aan met een account van de groep administrators en gaat u naar Configuratiescherm > Externe toegang > QuickConnect (voor DSM 7.0 of hoger) of naar Configuratiescherm > QuickConnect (voor DSM 6.2 of eerder).
  • Als u geen verbinding kunt maken met het Synology NAS of als u de verbinding met uw gebruikersgegevens niet kunt machtigen, controleer dan uw netwerkinstellingen en ga na of uw toegang tot Synology Drive door uw DSM-beheerder is ingeschakeld in Configuratiescherm > Machtigingen toepassingen (voor DSM 7.0 of hoger) of Machtigingen (voor DSM 6.2 of eerder) > Synology Drive.
  • Hebt u alleen-lezenbevoegdheid voor een extern Team-map, dan kunt u uitsluitend een alleen-downloadtaak maken. Dit betekent dat alle wijzigingen in de lokale map niet worden gesynchroniseerd naar Synology Drive. Alleen accounts met lees-/schrijfrechten voor de externe map mogen synchronisatietaken in twee richtingen en alleen uploaden configureren.
  • De maximale bestandsgrootte kan tussen 0-10240000 MB liggen, waarbij 0 onbeperkt betekent. De Hybrid Share-bestandsgrootte moet tussen 1-65536 MB liggen.
  • Geavanceerde consistentiecontrole inschakelen garandeert ultieme synchronisatienauwkeurigheid, terwijl Synology Drive Client bijkomende criteria vergelijkt zoals hash, uitvoeringsbit en bestandsmachtigingen in verschillende scenario's waarin samenvoegen van bestanden wordt vereist. Dit kost meer tijd en bronnen bij het voltooien van synchronisatietaken.
  • In een Windows-omgeving kunt u tot 64 synchronisatietaken met Synology Drive Client maken.
  • U kunt geen mappen selecteren die al worden gebruikt voor synchronisatietaken, of bovenliggende of onderliggende mappen van gesynchroniseerde mappen.
  • Houd bij Synchronisatie op verzoek rekening met het volgende:
    • Deze functie is momenteel beschikbaar op Windows 10 versie 1809 en hoger en macOS 12.3 en hoger.
    • Alleen NTFS-schijven of lokale synchronisatiemappen die GEEN rootdrive-mappen of homedirectory's zijn (bijvoorbeeld C-drive, D-drive of C:\Users\<gebruikersnaam>) kunnen worden geselecteerd als Synchronisatie op verzoek-map.
    • Lokale mappen die al gesynchroniseerd zijn met Synchronisatie op verzoek van Synology Drive, File On-Demand van OneDrive of iCloud Drive en hun onderliggende mappen kunnen niet worden geselecteerd als map voor Synchronisatie op verzoek.
    • De statussen van bestandssynchronisatie wordt aangegeven door de weergegeven pictogrammen. De pictogrammen zijn verschillend voor Windows- en macOS-systemen en worden uitgelegd in de tabellen met statusindicatoren.
    • Voor macOS:
      • Synchronisatie op verzoek kan worden ingeschakeld tijdens het instellen van de synchronisatietaak. Als het eenmaal voor een taak is ingeschakeld, kan het voor die taak niet meer worden uitgeschakeld. Evenzo is het niet mogelijk om Synchronisatie op verzoek later in te schakelen op een taak nadat deze is ingesteld. Als u Synchronisatie op verzoek voor een taak wilt in- of uitschakelen, verwijdert u die taak en maakt u een nieuwe aan.
      • Ondersteunt alleen de modus synchronisatie in twee richtingen.
      • Biedt geen ondersteuning voor het filteren van bestanden op bestandsgrootte, bestandsnaam of bestandsextensie.
  • Raadpleeg de regels voor synchronisatietaken voor aanvullende beperkingen voor synchronisatietaken.

Een nieuwe synchronisatietaak toevoegen:

  1. Ga naar Synchronisatietaken en klik op Maken.
  2. Volg de instructies van de installatiewizard.

Synchronisatietaken beheren

U kunt uw synchronisatietaken beheren met de knoppen bovenaan de hoofdpagina.

Synchronisatietaken beheren:

  1. Selecteer de synchronisatietaak die u wilt beheren.
  2. Klik op Pauzeren, Hervatten of Verwijderen om de taak te onderbreken, te hervatten of te verwijderen.
  3. In uw synchronisatiemap kunt u ook met de rechtermuisknop op een onderliggende map klikken, selecteer Synology Drive en klik op Synchronisatie van deze map aan stoppen of Synchronisatie van deze hervatten.

Opmerking:

  • Met het verwijderen van een synchronisatietaak worden de synchronisatiemap en de inhoud ervan niet van de lokale computer verwijderd.
  • Na het verwijderen van een taak kan een volledige hersynchronisatie nodig zijn als u opnieuw wilt koppelen. Bij het instellen van een nieuwe verbinding zal Synology Drive automatisch bestaande bestanden vergelijken en alleen uitgevoerde wijzigingen uploaden of downloaden.

Synchronisatieregels wijzigen:

  1. Selecteer de synchronisatietaak die u wilt beheren en klik op Synchronisatieregels.
  2. Configureer de synchronisatieregels opnieuw op de tabbladen Map, Bestandsfilter en Synchronisatiemodus.

Bestanden synchroniseren en beheren

Nadat u Synology Drive Client op alle computers hebt geïnstalleerd, kunt u beginnen om bestanden tussen uw verbonden Synology NAS en uw andere computers te synchroniseren.

Voer een van de volgende handelingen voor toegang tot uw bestanden:

  • Klik op de onderstaande koppeling om de Synology Drive-map op uw computer te openen en selecteer vervolgens de bestanden of mappen die u wilt openen.
  • Klik in het menu van Synology Drive Client op het mappictogram onderaan om toegang te krijgen tot de lokale synchronisatiemappen van verschillende aangesloten servers.

Voer een van de volgende handelingen uit om uw bestanden te synchroniseren:

  • Plaats uw bestanden in de Synology Drive-map op uw computer om de synchronisatie van bestanden te starten. Tijdens het synchronisatieproces van de bestanden verschijnt een blauw symbool op het pictogram Synology Drive Client in de taakbalk dat na voltooien van het synchronisatieproces door een groen symbool wordt vervangen. Bij het pauzeren van de synchronisatie verschijnt een grijs symbool.
  • Klik met de rechtermuisknop op een van de bestanden op uw computer om het te kopiëren naar de Synology Drive-synchronisatiemap.

Wilt u het synchroniseren onderbreken of hervatten, klik dan op het pictogram Synology Drive Client in de taakbalk en selecteer vervolgens Pauzeren of Hervatten.

Voer een van de volgende handelingen uit om synchronisatie van Gedeeld met mij in te schakelen:

  • Als u de synchronisatie van Gedeeld met mij wilt inschakelen, selecteert u de synchronisatietaak en klikt u op Verbindingen bewerken. Selecteer op het tabblad Gedeeld met mij, Gedeeld met mij om synchronisatie in te schakelen. Klik op Wijzigen om de maplocatie voor het opslaan van met mij gedeelde bestanden te wijzigen.
  • Klik op het pictogram Synology Drive Client in de taakbalk, ga naar Meldingen, klik op een gedeeld item en vervolgens op Dit item synchroniseren.

Opmerking:

  • Synchronisatie van Synology Office-bestanden is mogelijk. Om ze in browsers te kunnen bekijken, moet uw clientapparaat een netwerkverbinding hebben met de Synology NAS. Versiebeheer kan niet worden uitgevoerd op de computer. Als een eerdere versie van uw Synology Office-bestand is vereist, kunt u rechtstreeks teruggaan naar de versie in Synology Drive webportaal.
  • Onderbreken/beëindigen van synchronisatie van Gedeeld met mij: Selecteer Gedeeld met mij die u wilt onderbreken of beëindigen in Synchronisatietaken en klik op Onderbreken/Verwijderen om door te gaan met het proces.
  • De volgende bestandstypen die via Synology Drive Client zijn gesynchroniseerd, kunnen worden weergegeven als miniaturen in de mappen Verkenner of Finder:
    • Op Windows:
      • Afbeelding: bmp, cr2, crw, dng, erf, gif, jpe, jpeg, jpg, mef, mos, mrw, nef, pef, png, rw2, sr2, tif, tiff
      • Video: 3g2, 3gp, asf, avi, m2ts, m4v, mkv, mov, mp4, mpeg, mts, wmv
    • Op macOS:
      • Afbeelding: 3fr, arw, bmp, cr2, crw, dcr, dng, erf, gif, heic, heif, jpe, jpeg, jpg, mos, mrw, nef, orf, pef, png, raf, raw, rw2, sr2, srf, tif, tiff
      • Video: 3g2, 3gp, avi, m2t, m2ts, m2v, m4b, m4r, m4v, mov, mp4, mpe, mpeg, mpg, mpeg4, mts, qt, vob

Eerdere versies van een gesynchroniseerd bestand te downloaden:

  1. Klik met de rechtermuisknop op het bestand en selecteer Synology Drive > Vorige versies doorbladeren.
  2. Zoek de versie die u wilt downloaden en klik op Downloaden.
  3. Voer de bestandsnaam in en selecteer het doel om het bestand op te slaan.

Een gedeelde bestandskoppeling te maken:

  1. Klik met de rechtermuisknop op het bestand dat u wilt delen en selecteer vervolgens Synology Drive > Koppeling ophalen.
  2. Als u de managermachtiging voor het item hebt, kunt u de delingsmachtiging van de koppeling aanpassen of DSM-gebruikers specificeren. Klik op Toepassen. De koppeling wordt gekopieerd naar uw klembord.

De bestandsstatus begrijpen

Pictogram-overlays

Pictogram-overlays verschijnen in de linkerbenedenhoek van de bestanden of mappen in uw lokale Synology Drive-map om de status aan te geven. Schakel Toon pictogram-overlay voor bestandsstatus uit in Algemene instellingen > Weergeven als u ze niet wilt zien.

Pictogram Beschrijving
Het bestand of map is gesynchroniseerd en bijgewerkt of moet nog worden verwerkt.
Het bestand of map is gefilterd en is nog niet gesynchroniseerd. Mogelijke oorzaken zijn: een systemstandaardfilter, synchronisatieregelfilter, serverprofielinstellingen of ACL-machtigingen. U kunt Toon pictogram-overlay voor niet-gesynchroniseerde bestanden uitschakelen in Algemene instellingen > Weergeven als u dit pictogram niet wilt zien.
Synchronisatie wordt momenteel uitgevoerd.
U hebt alleen-lezen machtiging tot het gesynchroniseerde bestand of map.

Statusindicator voor Synchronisatie op verzoek-taken

Voor taken waarvoor Synchronisatie op verzoek is ingeschakeld, worden de synchronisatiestatussen van de bestanden aangegeven door de pictogrammen in de volgende tabellen.

Voor Windows:

Pictogram Beschrijving
Het bestand of map is beschikbaar wanneer u online bent en geen schijfcapaciteit in beslag neemt. U kunt een lokale kopie openen en downloaden naar de computer, of met de rechtermuisknop op het bestand klikken, Synology Drive > Lokale kopie permanent vastzetten selecteren om een lokale kopie te behouden.
Het bestand of map is al naar de lokale computer gedownload en kan offline worden bekeken. Klik met de rechtermuisknop op het bestand of map, selecteer Synology Drive > Ruimte vrijmaken om het lokale bestand of map handmatig te verwijderen en ruimte vrij te maken. Als uw computer echter weinig schijfcapaciteit heeft, worden deze lokale kopieën automatisch verwijderd om ruimte vrij te maken. Het pictogram verandert in het cloudpictogram en deze bestanden of mappen zijn nog steeds beschikbaar wanneer ze online zijn.
Uw bestand is permanent vastgemaakt op de lokale computer en kan offline worden bekeken. Wanneer uw computer weinig schijfcapaciteit heeft, worden deze permanent vastgemaakte kopieën niet automatisch verwijderd om ruimte vrij te maken.

Voor macOS:

Pictogram Beschrijving
Het bestand of map is beschikbaar wanneer u online bent en geen schijfcapaciteit in beslag neemt. U kunt een lokale kopie openen en downloaden naar de computer, of met de rechtermuisknop op het bestand klikken en Downloaden selecteren om een lokale kopie te downloaden. Klik met de rechtermuisknop op het bestand, selecteer de optie Lokale kopie permanent vastmaken met Synology Drive-pictogram om een lokale kopie te behouden.
Uw bestand of map kan niet worden geüpload naar de Synology Drive-server. Er is mogelijk een fout opgetreden bij het synchroniseren of verbinden met de server.
Uw bestand wordt gedownload of wacht om te worden gedownload. Het pictogram geeft de voortgang aan.
Geen pictogram Het bestand of map is al naar de lokale computer gedownload en kan offline worden bekeken. Klik met de rechtermuisknop op het bestand of map, selecteer de optie Ruimte vrijmaken met Synology Drive-pictogram om het lokale bestand of map handmatig te verwijderen en ruimte vrij te maken. Als uw computer echter weinig schijfcapaciteit heeft, worden deze lokale kopieën automatisch verwijderd om ruimte vrij te maken. Het pictogram verandert in het cloudpictogram en deze bestanden of mappen zijn nog steeds beschikbaar wanneer ze online zijn.
Uw bestand is permanent vastgemaakt op de lokale computer en kan offline worden bekeken. Wanneer uw computer weinig schijfcapaciteit heeft, worden deze permanent vastgemaakte kopieën niet automatisch verwijderd om ruimte vrij te maken.

Back-uptaken configureren

Maak back-uptaken om een back-up van uw bestanden te maken van meerdere clientcomputers naar de Synology Drive Server om computergegevens te beschermen.

Een back-uptaak maken:

  1. Voer IP-adres of QuickConnect ID, gebruikersnaam en wachtwoord in van uw Synology NAS. Gebruik voor domeingebruikers uw domeinnaam of gebruikersnaam. Gebruik voor LDAP-gebruikers "gebruikersnaam@Base_DN". Het is ook mogelijk verbinding te maken via IPv6 of proxyservice. Klik op Volgende.
    • Als u geen verbinding kunt maken met uw Synology NAS, zorg er dan voor dat u Synology Drive Server hebt geïnstalleerd en controleer de internetverbinding, of ga naar Algemene instellingen om de proxy te configureren.
    • U kunt ook rechts op de pijl omlaag klikken om naar Synology NAS-apparaten binnen uw LAN te zoeken.
  2. Selecteer Back-uptaak en klik op Volgende.
  3. Selecteer de lokale mappen die u wilt back-uppen.
    • Klik op Back-upregels om de back-upinstellingen verder aan te passen.
      • Max. bestandsgrootte: Van bestanden die groter zijn dan de hier opgegeven grootte, wordt geen back-up gemaakt.
      • Bestandsnaam: Van bestanden met de aangegeven bestandsnaam wordt geen back-up gemaakt.
      • Bestandsextensie: Van bestanden met de aangegeven bestandsextensie wordt geen back-up gemaakt. Voeg *.extensie toe aan de tabel, bijv. *.iso.
      • Back-up bestanden en mappen met het voorvoegsel ".": Selecteer als u een back-up van dergelijke bestanden wilt maken.
      • Back-up tijdelijke bestanden en mappen: Selecteer als u een back-up van tijdelijke bestanden wilt maken.
      • Bewaar lokaal verwijderde bestanden op het externe back-updoel: Selecteer om te voorkomen dat back-upbestanden worden verwijderd.
      • Klik op Toepassen.
    • Het doel van de back-upgegevens wordt onderaan in het venster weergegeven. Klik aan op Selecteren om het back-updoel te wijzigen:
      • Doelmap: Synology Drive maakt een map met uw computernaam in het back-updoel.
      • Selecteer een back-updoel op uw NAS: Kies een extern mappad voor de back-updoelmap.
      • Klik op OK.
  4. Na het configureren van de back-upinstellingen, paden van bron- en doelmap, klikt u op Volgende.
  5. Selecteer een back-upmodus voor de back-uptaak en klik vervolgens op Volgende.
    • Continue back-up: Maakt een back-up van bestanden wanneer er wijzigingen worden aangebracht in de geselecteerde back-upbron.
    • Handmatige back-up: Maakt een back-up van bestanden wanneer u op Nu back-up maken klikt.
    • Geplande back-up: Maakt een back-up volgens een schema.
      • Uitvoeren op: Selecteer de dagen waarop u de back-uptaak wilt uitvoeren.
      • Starttijd: Selecteer de tijd waarop de back-uptaak moet starten.
      • Frequentie: Selecteer hoe vaak u de back-uptaak wilt uitvoeren.
        • Als u ervoor kiest om met een andere frequentie dan Eenmaal per dag uit te voeren, selecteert u in het vervolgkeuzemenu Tijd laatste uitvoering wanneer de laatste back-up moet worden uitgevoerd.
      • Eindtijd: Selecteer wanneer u wilt dat de laatste back-uptaak eindigt op de geplande dag of de volgende dag.
      • Schakel de selectievakjes in als u Automatisch afsluiten na het uitvoeren van de laatste back-uptaak van de dag wilt inschakelen of Onvoltooide back-uptaken voortzetten wanneer het systeem weer in werking is.
  6. Controleer de samenvatting van de back-upinstellingen en klik op Gereed.

Opmerking:

  • Synology Drive-back-up-taak staat een gelijktijdige verbinding met de server toe.
  • Om uw QuickConnect ID te achterhalen, meldt u zich bij DSM aan met een account van de groep administrators en gaat u naar Configuratiescherm > Externe toegang > QuickConnect (voor DSM 7.0 of hoger) of naar Configuratiescherm > QuickConnect (voor DSM 6.2 of eerder).
  • Als u geen verbinding kunt maken met het Synology NAS of als u de verbinding met uw gebruikersgegevens niet kunt machtigen, controleer dan uw netwerkinstellingen en ga na of uw toegang tot Synology Drive door uw DSM-beheerder is ingeschakeld in Configuratiescherm > Machtigingen toepassing (voor DSM 7.0 of hoger) of Machtigingen (voor DSM 6.2 of eerder) > Synology Drive.
  • Hebt u geen alleen-lezenmachtiging voor een externe gedeelde map dan kunt u die niet instellen als uw back-updoel.
  • Wanneer u Lokaal verwijderde bestanden behouden op het externe back-updoel selecteert, zal het verwijderen van lokale bestanden/mappen niet van invloed zijn op eerder op uw extern doel opgeslagen gegevens.
  • De maximale bestandsgrootte kan tussen 0-10240000 MB liggen, waarbij 0 onbeperkt betekent. De Hybrid Share-bestandsgrootte moet tussen 1-65536 MB liggen.
  • Raadpleeg de regels voor back-uptaken voor aanvullende beperkingen voor back-uptaken.

Back-uptaken beheren

Dubbelklik in de taakbalk op het pictogram Synology Drive Client en ga naar de pagina Back-uptaak.

Voer een van de volgende handelingen om automatisch uw bestanden te back-uppen:

  • Plaats bestanden waarvan u een back-up wilt maken in de back-upmap op uw computer.
  • Terwijl de back-up wordt uitgevoerd, worden de geüploade bestanden weergegeven op het tabblad Logboeken in de toepassing.
  • Klik op Pauzeren of Hervatten in de pagina Back-uptaak om de back-up te onderbreken of hervatten.

Opmerking:

  • Synology Drive Back-uptaak kan tot drie bestanden gelijktijdig uploaden naar de doelserver.

Uw back-up beheren:

  1. Klik op Pauzeren om de back-uptaak die wordt uitgevoerd of de geplande back-uptaak te onderbreken.
  2. Klik op Hervatten om de back-up te hervatten.

De map die u wilt back-uppen wijzigen:

  1. Klik op Back-upinstellingen > Back-upbron.
  2. Selecteer de mappen waarvan u een back-up wilt maken en maak de selectie ongedaan van de mappen waarvan u geen back-up wilt maken.
  3. Klik op Toepassen.

Back-upregels wijzigen:

  1. Klik op Back-upinstellingen > Back-upbron.
  2. Klik op de knop Back-upregels en wijzig de instellingen.
  3. Klik op Toepassen.

Back-upmodus wijzigen:

  1. Klik op Back-upinstellingen > Back-upmodus.
  2. Wijzig uw instellingen.
  3. Klik op Toepassen.

De back-uptaakverbinding bewerken:

  1. Klik op Back-upinstellingen > Verbinding.
  2. Maak wijzigingen aan de serververbinding of gebruikersnaam en wachtwoord.
  3. Klik op Toepassen.

Opmerking:

  • Om de taak aan een andere NAS-server te koppelen, verwijdert u de huidige back-uptaak en maakt u een nieuwe verbinding.

Een back-uptaak verwijderen:

  • Klik op > Taak verwijderen.

Opmerking:

  • Met het verwijderen van een back-uptaak worden de eerder geback-upte gegevens op de server niet verwijderd. Dit wil wel zeggen dat alle gegevens opnieuw moeten worden verwerkt bij de eerstvolgende back-uptaak.

Geback-upte bestanden en historische versies beheren

Synology Drive slaat historische versies van elk gewijzigd bestand op in overeenstemming met de instellingen in Synology Drive Admin Console. Telkens wanneer u een bestand wijzigt, wordt er een back-upversie gemaakt, voor het geval u naar een oudere versie wilt terugkeren. Dubbelklik in de taakbalk op de clientcomputer op het pictogram Synology Drive Client en ga naar de pagina Back-uptaak. Hier kunt u de historische versies van geback-upte gegevens doorbladeren en bestanden van een specifiek tijdstip herstellen.

Vorige versies van een geback-upt bestand downloaden:

  1. Klik aan op Herstellen.
  2. Selecteer een specifieke datum en tijd in het vervolgkeuzemenu Tijd om de geschiedenis van bestanden te bekijken.
  3. Selecteer een bestand dat u wilt downloaden en klik vervolgens op Downloaden.
  4. U kunt ook op Vorige versies doorbladeren klikken om in een oogopslag alle historische versies van het bestand weer te geven en vervolgens op Downloaden klikken om de geselecteerde versie te downloaden.

Een geback-upt bestand of geback-upte map naar een specifiek tijdstip terugzetten:

  1. Klik aan op Herstellen.
  2. Selecteer een specifieke datum en tijd in het vervolgkeuzemenu Tijd om de geschiedenis van bestanden te bekijken.
  3. Selecteer een bestand dat u wilt herstellen en klik vervolgens op Herstellen. Het bestand wordt hersteld in de desbetreffende directory van de computer.

Ee verwijderd bestand of verwijderde map downloaden of terugzetten:

  1. Klik aan op Herstellen.
  2. Schakel het selectievakje in naast to Verwijderde bestanden tonen. Na selectie van deze optie worden alle verwijderde bestanden getoond in Versieverkenner.
  3. U kunt een verwijderd bestand of een verwijderde map downloaden of terugzetten door dezelfde stappen als gewone bestanden te volgen.

De voortgang van downloaden of terugzetten controleren:

  1. Klik aan op Herstellen.
  2. Klik op het taakpictogram in de rechterbovenhoek.
  3. Zowel de voortgang van de download- als de hersteltaak worden in de takenlijst getoond.

Opmerking:

  • De taaklijst wordt gewist na het sluiten van het herstelvenster.

Voer een van de volgende handelingen uit voor toegang tot uw geback-upte bestanden op uw Synology NAS:

  1. Meld u aan bij het Synology Drive-webportaal met uw gebruikersgegevens en klik op Computerback-up in het linkerpaneel.
  2. De van uw computers geback-upte bestanden worden hier opgeslagen.

Opmerking:

  • In het back-updoel van de server gemaakte wijzigingen worden niet bijgewerkt op de back-upbron van de lokale computer.

Toepassingsbeheer en instellingen

Het is mogelijk de algemene instellingen te wijzigen en de gebeurtenisstatus te bekijken in Synology Drive Client.

Logbestanden

Logboeken bekijken:

  1. Dubbelklik op het pictogram Synology Drive Client in de taakbalk.
  2. Ga naar de pagina Logboeken. Filter gebeurtenissen met behulp van het vervolgkeuzemenu Alle gebeurtenissen.

Meldingen

Meldingen bekijken:

  1. Dubbelklik op het pictogram Synology Drive Client in de taakbalk.
  2. Ga naar de pagina Meldingen om meldingen van synchronisatie- en back-upgebeurtenissen te bekijken.

Algemene instellingen

U kunt de instellingen van de algemene toepassing, melding, weergave en proxy wijzigen in pagina Algemene instellingen.

Uw instellingen bewerken:

  1. Dubbelklik in de taakbalk op het pictogram Synology Drive Client en ga naar Algemene instellingen.
  2. Op het tabblad Algemeen kunt u de volgende acties uitvoeren:
    • Selecteer of de Synology Drive-toepassing bij aanmelding moet worden gestart.
    • Selecteer een standaardactie voor het opnieuw opstarten van de toepassing en de synchronisatieverbinding wordt hervat.
    • Selecteer een oplossing voor conflicten in bestandsversies.
      • Bewaar de laatst gewijzigde versie: Bij een conflict tussen server en bureaubladtoepassing wordt het laatste bestand (het bestand met het laatste Tijdstip laatst gewijzigd) behouden. Als het laatste bestand het lokale bestand op de toepassing is, wordt het bestand op de server een historische versie. Als het nieuwste bestand op de server staat, wordt het lokale bestand verwijderd en kunt u de optie Wijzig de naam om de verwijderde versie te behouden selecteren.
      • Bewaar de versie op de server: Bij een conflict tussen server en bureaubladtoepassing wordt het bestand op de server altijd behouden en de lokale versie verwijderd. U kunt de optie Wijzig de naam om de verwijderde versie te behouden selecteren.
    • Selecteer een standaard map voor Synology Drive wanneer u klikt op Synology Drive Client in de taakbalk.
    • Selecteer de weergavetaal in de toepassing.
  3. Klik op Toepassen.

Opmerking:

  • Als meer dan een computer hetzelfde bestand wijzigen kunnen er conflicten optreden. Stel een regel voor conflictoplossing in om dit probleem op te lossen.
  • Te behouden conflicterende bestanden krijgen de naam "[bestandsnaam]_[computernaam]_[gewijzigd op]_Conflict.[bestandsextensie]" (zo krijgt het bestand "a.txt" bijvoorbeeld de naam "a_computernaam_20181001_Conflict.txt").

Meldingsinstellingen bewerken:

  1. Dubbelklik in de taakbalk op het pictogram Synology Drive Client en ga naar Algemene instellingen.
  2. U kunt in het tabblad Meldingen de instelling Wijzig de naam om de verwijderde versie te behouden wijzigen.
  3. Klik op Toepassen.

Weergave-instellingen bewerken:

  1. Dubbelklik in de taakbalk op het pictogram Synology Drive Client en ga naar Algemene instellingen.
  2. Op het tabblad Weergave kunt u de onderstaande opties wijzigen:
    • Selecteer of er tips moeten worden weergegeven de volgende keer dat Synology Drive Client wordt gestart.
    • Selecteer om het minimalistische systeemvak te gebruiken.
    • Selecteer of het contextmenu of de pictogram-overlay wordt weergeven in de gesynchroniseerde lokale map.
  3. Klik op Toepassen.

Opmerking:

  • De optie icon overlay wordt niet toegepast voor de weergave van taken met Synchronisatie op verzoek.

Proxy-instellingen configureren:

  1. Dubbelklik in de taakbalk op het pictogram Synology Drive Client en ga naar Algemene instellingen.
  2. Op het tabblad Proxy kunt u Automatisch detecteren selecteren om de proxy-instellingen van het besturingssysteem te gebruiken.
  3. U kunt ook handmatig het IP-adres en poort van de proxyserver opgeven.
    • Selecteer Proxy-verificatie inschakelen en voer de gebruikersnaam en het wachtwoord voor proxy-verificatie in.
  4. Klik op Toepassen.

Opmerking:

  • Als proxy is ingeschakeld, zal Synology Drive Client altijd een verbinding maken met het Synology NAS via proxy.
  • Uitsluitend HTTP-tunneling wordt ondersteund. SOCKS 4/5 en andere soorten proxy's worden niet ondersteund.

SSL-gegevensoverdrachtcodering inschakelen:

  • Voor nieuwe verbindingen:
    1. Klik op Maken.
    2. Selecteer Ander Synology NAS voer uw gebruikersgegevens in.
    3. Schakel het selectievakje SSL-gegevensoverdrachtcodering inschakelen in.
  • Voor bestaande verbindingen:
    1. Selecteer de verbinding die u wilt wijzigen en klik op het vervolgkeuzemenu rechts van de servernaam.
    2. Klik op Verbinding bewerken, voer uw gebruikersgegevens in en selecteer het selectievakje SSL-gegevensoverdrachtcodering inschakelen.

Opmerking:

  • Als het voor Synology Drive niet mogelijk is om het SSL-certificaat te verifiëren, betekent dit dat het een onbetrouwbaar zelfondertekend certificaat is of dat iemand probeert om uw verbinding te onderscheppen. Ga naar Configuratiescherm > Beveiliging > Certificaat voor meer informatie.

Persoonlijk gebruik in Team-mappen bewaken:

  1. Dubbelklik in de taakbalk op het pictogram Synology Drive Client en ga naar Algemene instellingen.
  2. In het tabblad Gebruik vindt u uw persoonlijk opslaggebruik van elke teammap of Mijn bestanden. De totale capaciteit wordt alleen weergegeven wanneer de quotalimiet voor de gebruiker is ingesteld. Houd er rekening mee dat de berekening van het gebruik niet beschikbaar is voor het ext4-bestandssysteem.

Synology Drive Client verwijderen

Synology Drive Client op macOS verwijderen:

  1. Ga naar Finder > Toepassing en klik met de rechtermuisknop op de toepassing Synology Drive Client en selecteer vervolgens Pakketinhoud.
  2. Ga naar Inhoud > SharedSupport.
  3. Kopieer en plak Synology Drive Client verwijderen naar uw bureaublad.
  4. Dubbelklik op Synology Drive Client verwijderen om de bureaubladtoepassing van Synology Drive te verwijderen.

Synchronisatietaakregels en back-uptaakregels

Regels gedeeld door synchronisatietaken en een back-uptaak (tenzij anders aangegeven)
Synchronisatie- of back-uptaken worden niet ondersteund als het type bestand of schijf is:
  • macOS-alias
  • Windows/macOS-gekoppelde schijven
  • Windows-snelkoppelingen
  • Windows symbolische koppelingen
  • Verborgen bestanden of mappen
  • Windows-mappen met deze attributen:
    • OFFLINE
    • REPARSE_POINT
    • SYSTEM
    • TEMPORARY
  • Het bestand behoort tot een van de volgende bestandstypes: tmp, temp, swp, lnk
  • De bestandsnaam begint met een tilde (~)
  • De bestandsnaam is of bestaat uit de volgende tekens:
    • @eadir
    • .SynologyWorkingDirectory
    • #recycle
    • desktop.ini
    • .DS_STORE
    • Icon\r
    • thumbs.db
    • $Recycle.Bin
    • @sharebin
    • System Volume Information
    • Program Files
    • Program Files (x86)
    • ProgramData
    • #snapshot
    • @tmp (alleen Back-uptaken)
    • tmp (alleen Back-uptaken)
    • temp (alleen Back-uptaken)
Op Windows worden synchronisatie- of back-uptaken niet ondersteund als:
  • Het pad van de map/het bestand de volgende tekens bevat: * : ? \ / " < > |
  • De naam of het pad van de map/het bestand langer is dan 247 tekens
  • Het bestandstype is een snelkoppeling of symbolische koppeling
  • Bestanden of mappen met deze attributen:
    • OFFLINE
    • REPARSE_POINT
    • SYSTEM
    • TEMPORARY
Op macOS worden synchronisatie- of back-uptaken niet ondersteund als:
  • Het pad van de map/het bestand de volgende tekens bevat: \ /
  • Het pad van de map/het bestand langer is dan 768 tekens
  • De bestandsnaam is langer dan 255 tekens
  • Het bestand behoort tot een van de volgende bestandstypes:
    • Pictogram
    • Socket
    • Device node
    • FIFO
Op Linux worden synchronisatie- of back-uptaken niet ondersteund als:
  • Het pad van de map/het bestand de volgende tekens bevat: \ /
  • Het pad van de map/het bestand langer is dan 2.048 tekens
  • De bestandsnaam is langer dan 255 tekens
  • Het bestand behoort tot een van de volgende bestandstypes:
    • Socket
    • Device node
    • FIFO
Andere regels die synchronisatie- of back-uptaken beperken:
  • Als de lokale map een koppelpunt bevat, worden bestanden binnen het koppelpunt mogelijk niet gesynchroniseerd of wordt er geen back-up van gemaakt omdat Synology Drive geen bestandswijzigingen binnen een koppelpunt kan detecteren.
  • Netwerkschijven en verwijderbare apparaten (zoals USB-schijven of SD-kaarten) worden niet ondersteund op Synology Drive.
  • Alleen Synchronisatietaken:
    • Houd er bij het instellen van bestandsnamen die u niet wilt synchroniseren rekening mee dat in Windows bestandsnamen met hoofdletters en kleine letters worden beschouwd als hetzelfde bestand (bijv. A.txt en a.txt), maar op Linux- en macOS-systemen worden ze als verschillende bestanden gezien.
    • .pst-bestanden worden niet ondersteund omdat ze niet gegarandeerd overdraagbaar zijn.
    • Als de lokale map een koppelpunt bevat, zullen bestanden in het koppelpunt mogelijk niet worden gesynchroniseerd omdat Synology Drive bestandswijzigingen in een koppelpunt niet kan detecteren.
    • Voor Linux: Wijzigingen in een bestand met meerdere harde koppelingen worden mogelijk niet onmiddellijk gesynchroniseerd met de andere koppelingen. Bovendien kan Synology Drive vertraging ondervinden bij het detecteren van nieuw aangemaakte gekoppelde bestanden, wat leidt tot een vertraging bij het uploaden van de harde koppelingen.
Inhoud
Voor u begint
Synology Drive Client starten
Synchronisatietaken configureren
Synchronisatietaken beheren
Bestanden synchroniseren en beheren
De bestandsstatus begrijpen
Back-uptaken configureren
Back-uptaken beheren
Geback-upte bestanden en historische versies beheren
Toepassingsbeheer en instellingen
Logbestanden
Meldingen
Algemene instellingen
Synology Drive Client verwijderen
Synchronisatietaakregels en back-uptaakregels